x

x
Posts tonen met het label Kagbeni. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Kagbeni. Alle posts tonen

maandag 23 mei 2011

Nepal (deel 5)

En dan onze wandeling van Kagbeni terug naar Jomsom. Voor de kinderen was dit het hoogtepunt van onze Nepal-reis. Daar hadden ze ontzettend hard naar uitgekeken. Rijden door de bergen... op een paardje! Jochen en ik waren er niet altijd even gerust in, vooral niet toen Roos op het paardje over een smal bergweggetje reed met naast haar... de afgrond. Brrrr.





We wandelden door de vallei, de rivierbedding die nu erg droog stond. Het was een heel andere wandeling dan die van de vorige dag, maar zeker niet minder indrukwekkend!



Sammeke zat letterlijk in de nek van de drager en figuurlijk op hete kolen. Ze wou dolgraag ook op het paardje zitten. Op een bepaald ogenblik kwamen we aan een spectaculaire hangbrug. Daar hielden we halt en toen we terug op pad gingen, mocht Sam ruitertje spelen.







En op het einde mochten Roos en Sam samen op het paardje zitten... dat was dus nòg geweldiger! En wat hadden ze een bekijks toen we het dorpje Jomsom binnen wandelden!




En toen waren we 'back in Jomsom' en moesten we afscheid nemen van het paard. Daaaag paardje!


Einde van deel 5 van ons Nepal-verslag.

maandag 16 mei 2011

Nepal (deel 4)


Aangekomen in Kagbeni waren we even de porters met onze twee dochters uit het oog verloren. Dit zorgde voor een onaangenaam spanningsmoment maar... eind goed al goed, onze twee meiden stonden ons al op te wachten aan de lodge waar we zouden overnachten. Om te bekomen gingen we in het gezellige restaurantje van hotel Yeti een citroenthee drinken met daarbij vers bereide, overheerlijke appelmomo's.


Nadien struinden we wat rond door Kagbeni. Kagbeni is een dorpje in Upper-Mustang met huisjes opgetrokken uit modder en ruwe stenen. Vele huizen lijken eerder op ruïnes maar zijn desondanks toch bewoond. Het riviertje dat door het dorp stroomt, is voor de mensen van levensnoodzakelijk belang. We gaan hier werkelijk een heel aantal jaren terug in de tijd. Maar wat is het schoon!






We nuttigden nog een avondmaal in 'the red house lodge' en toen het donker was, zochten we ons bed op.

De volgende ochtend was Jochen al bij zonsopgang uit de veren. Hij ging met zijn reflexcamera op jacht om mooie plaatjes te schieten en om te genieten van de schoonheid van de omgeving.




Toen Jochen zijn meiden allemaal wakker, aangekleed en opgesmukt waren, gingen we terug ontbijten in hotel Yeti.


Alles werd er instant, vers bereid. In deze basis-uitgeruste keuken toonde de uitbaatster zich een ware keukenprinses. De kinderen gingen voor gekookte eieren en een pannenkoek. Jochen en ik voor de overheerlijke, ietwat zoet smakende Tibetaanse broden.


Van op het terras konden we het ontwakende dorp aanschouwen.



Jochen kreeg die dag wel een paardje geregeld. De kinderen waren door het dolle heen.


We namen afscheid van de mensen van 'new asia trekkers home' waar we overnacht hadden. Van de vrouw des huizes kregen we een sjaaltje omgehangen 'for good luck'.



Einde van deel 4.

zondag 15 mei 2011

Nepal (deel 3)

Vanuit Kathmandu vlogen we naar Pokhara. Daar brachten we de nacht door in The Blue Planet Lodge. Dit is een lodge die gerund wordt door de Belgische Sabine en haar man Ram. Vervolgens vlogen we vanuit Pokhara door naar Jomsom.

Wat een belevenis! Het betrof een piepklein vliegtuigje type Twin Otter dat wellicht een afdankertje was vanuit Australië aangezien er ergens nog 'airtazmania.com.au' op stond en wij met de Nepalese vliegmaatschappij Agni Air vlogen. Niet alleen dat maakte het spannend, ook het feit dat we langs de flanken van de Himalaya vlogen, tussen de bergtoppen door de diepste kloof van de wereld. Aan de ene kant zag je de bergen van de Annapurna I en aan de andere kant de Dhaulagiri met beiden een hoogte van ruim 8000 meter. Er werd door de piloten op het zicht gevlogen en niet op de radar. Af en toe was er turbulentie en omdat het zo'n klein vliegtuigje was, zwenkte het ook bij het minste. Prachtige vergezichten konden we aanschouwen, maar ik was toch wel opgelucht toen we veilig en wel landden in Jomsom, de hoofdstad van het district Mustang en gelegen op een hoogte van 2800 meter in het noorden van Nepal.

Toen we na een ontzettend spectaculaire landing uit het vliegtuig stapten, waren we echt onder de indruk. Ik was zelfs ontroerd door de schoonheid van de bergen.


In Jomsom moesten we de nacht doorbrengen en voldoende rust nemen om aan te passen aan de hoogte en om hoogteziekte te vermijden. We boekten een kamer in hotel 'Om's home', regelden twee dragers voor onze trekking van de komende dagen, namen een lekker ontbijt en maakten vervolgens een wandeling door het dorpje en door de rivierbedding van de Kali Gandaki. Jochen vond er een ammoniet (fossiel) die zou dateren uit het boven Jura tijdperk (tientallen miljoenen jaren geleden).





Het leven in de Himalaya is in niets te vergelijken met het onze. Eerst en vooral krijg je te maken met enorme 'power cuts'. Urenlang, meestal 's avonds, is er geen elektriciteit. Er zit dan niets anders op dan je bed op te zoeken en te slapen. En als de zon opkomt, ontwaakt iedereen. Nog voor zes uur 's ochtends begonnen we aan onze dag.
Alle levensmiddelen en voorwerpen die je er koopt, zijn erg duur. Alles moet er worden ingevlogen, afval moet er opnieuw worden uitgevlogen. En vliegen... kost veel geld. Voor een fles water bijvoorbeeld betaalden we hoog in de bergen 6 keer meer dan in Kathmandu.

De volgende dag namen we samen met onze twee dragers de jeep en stegen verder tot in Muktinath dat op een hoogte ligt van 3710 meter. De rit ernaartoe was adembenemend mooi.







Aangekomen in Muktinath, een voor boeddhisten en hindoes heilige plaats, brachten Jochen en één van onze dragers een bezoek aan de hoger gelegen tempel.



De kinderen en ik wachtten rustig op hen in het dorpje.



We nuttigden nog een middagmaal en probeerden tevergeefs een paardje te regelen voor de kinderen. Omdat het weer in de namiddag erg omslaat en er dan een stevige wind opzet, besloten we de wandeling richting Kagbeni dan maar zonder paardje aan te vatten. De dragers namen de kinderen op hun rug wanneer die te moe waren om te stappen. De prachtige wandeling ging voortdurend bergaf. Onderweg passeerden we onder andere het dorpje Jharkot. We kwamen een Nepalese vrouw tegen die haar baby op de rug droeg en met een tasje in de hand op haar teenslippers onderweg was naar Kagbeni. Ze sloot zich spontaan bij ons aan. Ik kan me inderdaad voorstellen dat het leuker is om zo'n wandeling niet alleen te moeten doen.









Ongeveer 3,5 uur later bereikten we het dorpje Kagbeni.



Meer details hierover volgen in deel 4.